Gemeente (554 ha) in Zeepolders en Westhoek, aan de IJzer, Noordvaart en kreek van Nieuwendamme (vroegere loop van IJzer). Binnenpolders met zware kleibodems en Middellandpolders met deels overdekte kreekruggronden. Voornamelijk landbouwactiviteit.
Eertijds genaamd St.-Joris-ten-Dijke i.e. S. Georgii in terra nova, omdat ze uit de zeebodem van de IJzer was afgedijkt. Ca. 1200, hulpkapel van Ramskapelle. Parochie in 1240 onder patronaat van St.-Niklaasabdij van Veurne, deel uitmakend van kasselrij Veurne en ammanie Ramskapelle.
Door de eeuwen heen kreeg het dorp wel eens een naamwijziging.
1250 : Nova Terra
1263 : Parochia Sancti Georgii iuxta Novum Portum
1293 : Saint George - Nieuweland
1325 : Sinjoris
1441 : Sancti Georgii in nova terra
1588 : St Joris
1592 : St Jooris
1742 : Sinte Jooris
1903 : Sint-Joris
De zuidgrens van het grondgebied wordt gevormd door de Grote Beverdijkvaart.
In 1643 werd de bocht van de Oude IJzer vervangen door een rechtlijnig kanaal. Door de bouw van dit kanaal werd Sint-Joris in 2 gesplitst en moesten de bewoners van het poldergebied, wilden zij het dorp (gemeenteschool, school, kerk) bereiken, een omweg over de gemeente Mannekensvere (Uniebrug) of over Nieuwpoort maken.
Voor 1914 werd dit ongemak enigszins verholpen door een overzetdienst, ingericht ter hoogte van de school-straat, aan de herberg ‘De Overzet’, in de volksmond ‘Het schuitekot’ genoemd. Veerman zou o.a. Engelbertus Peel geweest zijn, die waarschijnlijk op 't einde van de schoolstraat woonde. Bij raadplegingen van verschillende kaarten, blijkt dat die overzet er na 1883 moet gekomen zijn.
Zoals ieder dorp , had ook Sint-Joris vroeger 2 kermissen :
- de Zondag na feest van Sint-Joris (23 april)
- de eerste zondag van oktober
Voor de oorlog 1914-1918 kenden deze een buitengewone volkstoeloop, dat de lokale heilige kwam vereren en genezing van distel en andere huidziekten afsmeken.
Voor de “echte Sint-Jorisnaar” begon de eigenlijke kermis pas na de kerkelijke diensten.
Waar er nu in Sint-Joris slechts een paar herbergen zijn, waren er voor 1910 welgeteld 15.
In 1914 bedroeg het zielenaantal in St.-Joris-aan-den-IJzer 335, verdeeld over 52 gezinnen, wat dus het hoge gemiddelde cijfer van 6,4 per gezin betekende.
Daaronder waren :
- 29 gezinnen van arbeiders en ambachtslieden met 176 zielen of 5,4 per gezin
- 15 gezinnen van boeren (met meer dan 1 paard) met 107 zielen of 7 per gezin
- 4 gezinnen van boertjes met 32 zielen of 8 per gezin
- 3 gezinnen van renteniers met 17 zielen of 5,7 per gezin
- 2 gezinnen van handelaars met 12 zielen of 6 per gezin
Tot de eerste groep behoorden : een kleermaker, een smid, een metselaar, een timmerman, een molenaar, een mandemaker en een schoenmaker.
Sinds de oorlog, omdat ze blijkbaar geen bestaan meer hadden en het verkeer naar naburige plaatsen veel was vergemakkelijkt, zijn deze ambachtslieden weggebleven en werden tot heden niet meer vervangen.
In 1643 werd de bocht van de Oude IJzer vervangen door een rechtlijnig kanaal. Door de bouw van dit kanaal werd Sint-Joris in 2 gesplitst en moesten de bewoners van het poldergebied, wilden zij het dorp (gemeenteschool, school, kerk) bereiken, een omweg over de gemeente Mannekensvere (Uniebrug) of over Nieuwpoort maken.
Voor 1914 werd dit ongemak enigszins verholpen door een overzetdienst
Bij raadplegingen van verschillende kaarten, blijkt dat die overzet er na 1883 moet gekomen zijn.
In april 1929 is het plan ontworpen voor de voetbrug door Ingenieur Regnier uit Gent. Aannemer Kamiel Monbaliu uit Brugge mocht ze bouwen.
Op 30 oktober 1930 is de voetbrug voltooid en werd ingezegend door toenmalig Pastoor Arthur Debrie.
Volgende spreuk werd aangebracht :
POLDERBRUG
IJZERRUG
WEES STEEDS EEN VOORSPOEDSBAND
VOOR DORP EN OVERKANT
Nauwelijks 10 jaar na het voltooien der brug op 28 mei 1940, wordt dit kunstwerk door de Engelse Genietroepen in de lucht geblazen.
In 1951 worden uiteindelijk de werken van de nieuwe brug voltooid door aannemer Soetaert uit Oostende Pastoor Sanders mocht de brug inze-genen.
Nu lezen we volgend opschrift :
Polderbrug
Herbouwd 1950
1930
Uiteindelijk zou ook dit brugje moeten plaatsmaken in 1972 voor de aanleg van het spaarbekken.
Wat voorafging
Op 3 augustus 1914 verklaart Duitsland de oorlog aan Frankrijk. De Duitsers wilden met een zwenkbeweging door België de linker flank van de Fransen omvatten om zo dit leger in de tang te nemen (Moltke plan). Duitsland eiste quasi van het neutrale België de toestemming voor een vrije doortocht daar het zich zogezegd bedreigd voelde door een Franse invasie via België. Na de Belgische weigering werd op ' augustus 1914 eveneens aan ons land de oorlog verklaard en nog dezelfde dag valt Duitsland België binnen. Z.M. Koning Albert I was kort voordien nog aanwezig bij 'zijn' Duits regiment dat onder leiding stond van Generaal von Emmich. Het was uitgerekend dit regiment dat als eerste de grens zou overschrijden en het was von Emmich die de aanval leidde. Luik werd reeds op 7 augustus bezet en op 20 augustus was het de beurt aan Brussel.
Op 9 oktober valt de vesting Antwerpen en wat nog rest van het Belgisch leger trekt zich, samen met Britse marinefuseliers, terug op de IJzer, de laatste natuurlijke hindernis waarop nog weerstand kon geboden worden. Koning Albert I slaat zijn hoofdkwartier op te Veurne. Zijn dwingende boodschap tot het leger is dat dit laatste stukje vrij België koste wat kost moest verdedigd worden, niet enkel om dit deel van het land van Duitsers te vrijwaren, maar ook omdat in de 'wedloop naar zee' dit gedeelte van het Westelijk front van cruciaal belang was. Indien het leger deze opdracht had verknald lag voor de Duitsers de weg open naar de havens van Dunkerque, Calais en Boulogne, de voor de Britten belangrijkste aanvoerhavens nadat Oostende en Zeebrugge in Duitse handen waren gevallen. Terreinstudie van de IJzervlakte tussen Nieuwpoort en Diksmuide Het landschap tussen Nieuwpoort en Diksmuide wordt, buiten een tot 20 meter hoge duinengordel langs de kust, gekenmerkt door zijn zeer geringe hoogte, tussen - 1 meter bij hoogtij en + 4 meter bij laagtij. De streek wordt doorkruist door een wirwar van waterlopen, afwateringskanalen en beken die, samen met het sluizencomplex van Nieuwpoort (Ganzenpoot) ervoor moet zorgen dat: deze vlakte bij hoogtij niet onder water loopt, het water afkomstig uit de heuvels rond Ieper via de IJzer vlot kan worden afgevoerd, de waterstand in de kanalen en de IJzer voldoende hoog kan gehouden worden om de binnenscheepvaart mogelijk te houden. De spoorlijn tussen Nieuwpoort en Diksmuide loopt praktisch over de ganse lengte op een verhoogde berm die gemiddeld 3 meter boven zeeniveau uitsteekt. De IJzer, met een gemiddelde breedte van 20 meter, stroomt te Oosten van deze kunstmatige berm en heeft op beide oevers een dijk die 2 meter hoger is dan het omgevende landschap.
Er zijn drie belangrijke bruggen over deze rivier: de Uniebrug in het Noorden tussen St-Joris en Mannekensvere. de brug te Schoorbakke, juist ten Noorden van de bocht van Tervate, die Pervijze met Schore verbindt, de brug ter hoogte van Tervate in het Zuidelijk deel van de gelijknamige bocht die een verbinding naar Keiem toelaat.
in het Zuidelijk deel van de gelijknamige bocht die een verbinding naar Keiem toelaat.
Dit terreingedeelte met in het Noorden Nieuwpoort, in het oosten de IJzer, in het Zuiden Diksmuide en in het Westen de spoorlijn Nieuwpoort - Diksmuide wordt als het ware van Noord naar Zuid doorkruist door de Grote Bevervaartdijk die via het sluizencomplex te Nieuwpoort aansluit op de Noordvaart.
Doel van de Duitsers : De kanaalhavens veroveren om de ravitaillering aan troepen en materieel uit Groot-Brittannië te beletten. Het objectief is de IJzer over te steken te Nieuwpoort of Diksmuide of via de drie tussenliggende bruggen (Uniebrug, Schoorbakkebrug en Tervatebrug)
Gebeurtenissen net voor de slag
16 oktober 1914
Diksmuide wordt beschoten en aangevallen. De aanval wordt door de Franse Marinefuseliers met Belgische steun afgeweerd.
18 oktober 1914
Start van een algemene Duitse aanval. Lombardsijde wordt niet ingenomen. Het Belgisch leger dat niet over zware artillerie met verre dracht beschikt wordt van op zee gesteund door de artillerie van een Brits eskader.
19 oktober 1914
St.-Joris wordt door de Duitse infanterie bestormd. Daarbij wordt de Uniebrug door een explosie vernield. Mannekensvere wordt ontruimd en de Belgen trekken zich terug op de linker IJzeroever. De Tervatebrug wordt door de Belgen opgeblazen. Lombardsijde wordt tweemaal tevergeefs door de Duitse infanterie bestormd en Nieuwpoort wordt hevig beschoten.
20 oktober 1914
Lombardsijde wordt door de Duitsers ingenomen en de 2 Belgische Divisie trekt zich 600 meter terug in de richting van de havengeul, maar blijft op de rechter IJzeroever.
21 oktober 1914
De volledige Belgische sector ligt onder zwaar artillerievuur. Diksmuide en de bruggenhoofden van Tervate en Schoorbakke worden door de Duitse infanterie bestormd. De geallieerden houden echter stand. Generaal Dossin (2 Div) beveelt een eerste onderwaterzetting via de Kreek van Nieuwendamme waardoor een gebied tussen de rechter IJzeroever en het kanaal van Plassendale wordt geïnundeerd. Het effect hiervan blijft echter beperkt tot een zeer klein gedeelte van het IJzerfront. Gelukkig zagen de Duitsers het belang van het hydrologisch complex niet in.
22 oktober 1914
Drie Duitse infanteriebataljons steken met vlotten de IJzer over en kunnen zo quasi de ganse bocht van Tervate bezetten.
23 oktober 1914
De laatste brug over de IJzer te Schoorbakke wordt opgeblazen. De 42 Franse Divisie (Generaal Grossetti) komt de Belgen ter hulp, deels te Nieuwpoort en deels (maar te laat) aan de bocht van Tervate. Tervate, Stuivekenskerke en de Vicognehoeve worden door de Duitsers veroverd. De Belgen trekken zich terug achter de Noordvaart, Beverdijk, Reigersvliet en Oud-Stuivekenskerke. De Duitse 6 en 44 Divisie bevinden zich reeds op de linkeroever van de IJzer. Diksmuide ligt nog steeds onder zwaar artillerievuur en krijgt eveneens twee infanterieaanvallen te verduren. De Fransen kunnen een stuk oprukken ter hoogte van Nieuwpoort.
24 oktober 1914
In de bocht van Tervate brengen de Duitsers steeds meer manschappen en materieel over de IJzer. De Belgen wijken er verder achteruit. Diksmuide blijft ondanks zware infanterie- en artillerieaanvallen in geallieerde handen.
25 oktober 1914
Het Belgisch leger treft voorbereidingen om zich achter de spoorwegberm Nieuwpoort - Diksmuide terug te trekken en het gebied tussen de spoorlijn en de IJzer te inunderen. Deze berm, die zich (toen) bij eb op ongeveer 3,5 meter boven zeeniveau bevindt, biedt een overzicht over het zo goed als volledig vlak terrein en daar de spoorlijn in een rechte lijn verloopt bestaat er geen gevaar voor vijandelijk zijdelings vuur (enfiladevuur) zoals dit wel het geval was in de bocht van Tervate. Om het gebied onder water te kunnen zetten moeten 23 doorgangen onder de spoorwegberm worden gedicht. De sluizen in Nieuwpoort liggen in niemandsland en daarom beslist men om voor de onderwaterzetting gebruik te maken van het Veurnesas (ook Kattesas genoemd) gelegen op 900 meter van het sluizencomplex. De bruggenhoofden Nieuwpoort en Diksmuide blijven in geallieerde handen.
26 oktober 1914
In de nacht van 26 op 27 oktober mislukt een eerste poging tot onderwaterzetting. Een Duitse doorbraak in de Belgische sector wordt steeds dreigender.
27 oktober 1914
De Duitse infanterie infiltreert tussen Stuivekenskerke en Oud-Stuivekenskerke. Tijdens de nacht van 27 op 28 oktober lukt het om de sluispoorten open te houden maar door de beperkte opening stroomt er te weinig water in de vlakte.
29 oktober 1914
Diksmuide wordt opnieuw langdurig bestookt. Op advies van de opzichter van de Noordwatering, Karel Cogge, wordt beslist om toch, ondanks de gevaarlijke ligging van het sluizencomplex in niemandsland, de overlaat op het kanaal Veurne-Ambacht te openen. De Nieuwpoortse schipper Hendrik Geeraert slaagt er, samen met geniesoldaten onder leiding van luitenant Umé, in om onopgemerkt de poorten te openen. Vier uren later, bij eb, sluit men de poorten opnieuw. Op deze manier stromen ongeveer 700.000 m³ water in de polder tussen IJzer en spoorwegberm. Om het waterpeil te verhogen en te onderhouden zullen deze operaties gedurende vier jaar herhaald.
30 oktober 1914
De Duitsers vallen aan over de hele lengte van het IJzerfront. Ramskapelle en het station van Pervijze worden door de Duitsers veroverd. Ramskapelle wordt gedeeltelijk door Franse koloniale troepen uit Algerije heroverd. Ondertussen stijgt het water ten Oosten van de spoorlijn over een breedte van zo'n twee kilometer.
31 oktober 1914
Door het stijgende water moeten de Duitsers hun stellingen tussen IJzer en spoorwegberm verlaten. Hierbij moeten ze veel materieel, waaronder artilleriestukken achterlaten. De slag aan de IJzer is gestreden.- Verscheidene weerstandnesten langs de linkeroever, die boven het waterpeil uitsteken, worden nog door de Duitsers gehouden evenals er ook verscheidene voorposten op dezelfde wijze worden bezet.
Het voormalig éénbeukig gotisch kerkje, met toren die na brand in 1762 hersteld was, werd afgebroken in begin 19de eeuw. Het ca 1850-60 herbouwde bedehuis, dat ten oosten van de IJzer lag, werd tijdens de oorlog 1914-18 volledig verwoest.
KERK 1910
De neogotische Sint-Gregoriuskerk van de deelgemeente Sint-Joris werd na de Eerste Wereldoorlog heropgebouwd (1922). Het interieur en het 20ste eeuwse meubilair zijn uiterst sober.
Na de eerste wereldoorlog kwamen er ook plannen voor een nieuwe parochiekerk.
Het dorp heeft, net als zoveel dorpen in de omgeving, zwaar geleden in de Eerste Wereldoorlog, toen het volledig werd vernield. De oude kerk werd verwoest in de oorlog. De kerk werd in de jaren twintig heropgebouwd, weliswaar een 700-tal meter verder in de richting van Nieuwpoort. De algemene heropbouw was omstreeks 1925 voltooid.
Op 21 juli 1924 werd de nieuwe tweebeukige kerk (opgetrokken in historiserende neogotische stijl) gewijd. Deze nieuwe kerk ligt ten westen van de Ijzer, ca 700m meer in de richting van Nieuwpoort.
Sint-Joris was na de oorlog van 1914-1918 één grote puinhoop. Het enige wat nog van de toenmalige kerk overbleef, was het belletje, dat tot op heden nog altijd klingelt aan de consecratie.
Op 18 juni 1924 stuurde E.H. Jos. Vadenabeele een uitnodiging naar alle parochianen om hen uit te nodigen tot de wijding van de nieuwe kerk. In processie wordt er om 9 1/2 uur vertrokken aan de oude kerk, om dan te wandelen naar de nieuwe kerk.
Begin juli 1924 werd E.H. Arthur De Brie als pastoor aangesteld. Bij zijn aankomst, vindt pastoor De Brie in zijn kerk enige oude meubelen uit de noodkerk. Hij moet dus van voor af aan opnieuw beginnen. Achtereenvolgens komen er een communiebank, een biechtstoel en een preekstoel. Hij moet ook nog zorgen voor nieuwe misgewaden.
Het jaar erop komt er een nieuw altaar en ook brandglazen (giften van de familie De Brie).Dan volgen een harmonium en 2 klokken. Deze klokken werden gewijd door de deken van Veurne. Op de grootste klok staat : 'Mijn naam is de H. Georgius. Ik werd in 't jaar 1926 door M. Slegers Gausard van Tellin gegoten. Toen was pastoor E.H.A. De Brie. Mijn peter M.H.Hillewaere burgemeester, mijn meter Vr. C.L. Maes.' Op de kleinere : 'Mijn naam is O.L.Vrouw. Ik werd in 't jaar 1926 gegoten door M. Slegers Gausard van Tellin. Toen was pastoor E.H.A. De Brie. Mijn peter is Charles Theunynck kerkmeester, mijn meter Eliza Averyn.
In 1933 komt de nieuwe bisschop, Mgr. Lamiroy, de nieuwe kerk consacreren, ter herinnering worden 12 kruisjes op de muur aangebracht.
In 1942 halen de duitsers een klok uit de toren.
1955 : er komt een nieuwe klok : 'Mijn naam is O.L.Vrouw. Ik werd in 't jaar 1955 door M. Michiels Jr van Doornik gegoten, gewijd door Mgr. Desmet, Bisschop van Brugge. Toen was pastoor E.H. Edw. Sanders. Mijn peter is Heer Marcel Lammerant, kerkmeester, mijn meter is Mevrouw Camiel Hillewaere-Willem.
1958/1959 schenkt Mevr. Claeyssens de toenmalige pastoor E.H. Verstraete een nieuw altaar. Hij bracht immers een nieuwe wind in de kerk. Voortaan celebreerde hij de mis met zijn gezicht naar de gelovigen. De oude houten stoelen werden vervangen en er kwamen tapijten onder de stoelen. De kolenkachel gaat naar een oudijzerhandelaar en in plaats komt een verwarming met warme lucht. De biechtstoel verhuist naar achter in de kerk en de preekstoel wordt opzij gezet.
Orgel : Voor de eerste wereldoorlog was er een orgel aanwezig van Pieter Loncke (Hoogstade), gebouwd tussen 1843 en 1865; het is niet bekend of het een volledig nieuw instrument betrof, het werd vernield in 1914.
In 1929, na de heropbouw van de kerk, werd een klein occasieorgel geplaatst, dat voordien (tussen 1921 en 1929) dienst had gedaan te Boezinge.
In 1932 komt er ook een nieuw orgel, het staat opzij van het oksaal.
Het orgel van 1932 is versleten en omdat de kosten om te herstellen te groot zijn, wordt er een nieuw aangekocht. Op 19-12-1970 wordt het gewijd en bespeeld door de heer Stefaan Dombrecht, organist aan de hoofdkerk te Oostende. Dit orgel werd gebouwd en gesigneerd door Jos.Loncke en Zonen uit Diksmuide
Pastoors
Pastoorslijsten uit het Ancien Régime zijn vaak onvolledig, omdat soms de juiste data van de benoeming of het ontslag ontbreken.
Voor de eerste decennia van de 17de eeuw komt daarbij dat er inderdaad nogal wat parochies zonder residerende pastoor waren, ten gevolge van het uitbreken van de Reformatie, en deze vacatures konden pas geleidelijk worden ingevuld met nieuwe priesters die in de seminaries waren opgeleid.
In afwachting daarvan bedienden sommige pastoors meerdere parochies. Zo was Joost van Hecke volgens de gegevens van het Brugs Bisschoppelijk Archief tegelijk onder-pastoor in Nieuwpoort (1602-1613) en pastoor in Lombardsijde (1609-1610). Wellicht heeft na zijn overlijden (1613) één van de pastoors van de buurparochies Sint-Joris erbij genomen. Voor deze periode zijn de bronnen trouwens erg onvolledig (zo dateert het oudste bewaarde bisschoppelijke visitatieverslag pas van 1694-1696 en het vroegste gekende decanale visitatieverslag zelfs slechts van 1732).
Het oudste bewaarde stuk m.b.t. Sint-Joris in het Bisschoppelijk archief dateert van 1672. Mogelijk duikt er toch nog een naam van een (dienstdoende) pastoor op in andere archivalia of in de parochieregisters uit die tijd (als die tenminste bewaard zijn).
Laurentius van de Bout - gestorven in 1382 |
Michael Portier - pastoor van 1692 tot 1704 |
Bij storm in januari 1990 met windvlagen tot 167 km/u boorde de torensits zich 1,5 meter in de vloer. | ||
https://www.heiligen.net/heiligen/09/03/09-03-0604-gregorius.php
https://www.heiligen.net/heiligen/11/17/11-17-0270-gregorius-wonderdoener.php
Thans, landelijke deelgemeente van de kuststad Nieuwpoort met concentratie van bebouwing rondom dorpskom (St.-Jorisplein), ten N. van Brugsesteenweg; woonuitbreiding o.m. recente villabouw (bungalows) ten Z. van vermelde baan; voorts, los verspreide hoeven in een eerder historiserende wederopbouwstijl, geïnspireerd op traditonele, regionale hoevebouw.
Door Sint-Joris stroomt de IJzer, die er op zijn rechteroever verbreed is tot een waterspaarbekken (12,5 ha), ontstaan in het kader van de zandwinning voor de aanleg van nabije A18-autosnelweg, en "oefenplas" voor Sport Vlaanderen-zeilclub. Naast de kleine dorpskern omvangrijke kampeerterreinen.
Op 28 juli 1944 om 16.04 u steeg de Halifaxbommenwerper EY-X MZ340 van het N° 78 Squadron op vanuit Breigthon (Engeland) met als doel de V1-lanceerinstallaties en opslagplaatsen van Forêt de Nieppe (Frankrijk) te bombarderen. Hiervoor werden 199 bommenwerpers ingezet. Op 8 mijl voor de Belgische kust werd het vliegtuig geraakt door de ‘gem. Flak – Abt.252’ gelegen te Mariakerke (Oostende). De piloot vermeed Nieuwpoort-Stad en dropte zijn 16 bommen van 225 kg tussen Sint-Joris en Ramskapelle. Hierbij werden per ongeluk 2 inwoners van Sint-Joris gedood. De piloot hield zijn toestel onder controle zodat de bemanning het zwaargehavend vliegtuig kon verlaten. Hier op deze plaats viel Wireless Operator/Air Gunner Russell Harry Winter met zijn gescheurde parachute in de overstroomde gracht. De piloot Flight Lieutenant William Gladstone Hoffman stortte om 17.59 u met zijn Halifax EY-X neer nabij de hoeve het ‘Groot Noordhof’.
Alle slachtoffers zijn op het burgerlijk kerkhof van Sint-Joris begraven.
Kwamen om het leven: F/Lt Pilot William Gladstone Hoffman (21 jaar,) F/O Wireless Operator/Air Gunner Russell Harry Winter (29 jaar,) Désiré Verhaeverbeke (33 jaar,) en Marie Couvreur (36 jaar.) Hoffman en Winter liggen begraven op het kerkhof van Sint-Joris.
De bemanningsleden die de crash overleefden waren F/O Navigator W.I.F. Bell, F/O Bomb Aimer Ronald E.F. Collier, P/O Flight Engineer Kevin W.L. Burns, Sgt Mid-Upper Gunner George R.G. Marley en Sgt Rear Gunner Robert C. Laing. Ze werden allen krijgsgevangen genomen.
In Oud Sint-Joris, waar voor de oorlog het dorpscentrum lag, ligt nog het kerkhof van het dorp. |
||
A - Vroeger gemeentehuis
B - School
C -
Oorlogsmonument Luitenant-Generaal Emile J.H. Dossin
D -
Gedenkzuil voor het 3de regiment karabiniers
Luitenant-Generaal Emile J.H. Dossin (Luik, 1854 - Elsene, 1936) was in 1914 commandant van de 2de Legerafdeling. De 2de Legerafdeling had de opdracht gekregen om Antwerpen tot het uiterste te verdedigen, om zo de aftocht van het Belgische leger te dekken. Dossin besloot echter na 2 dagen strijd om zijn divisie op de linker Scheldeoever te brengen. Daarna zette hij met succes de strijd voort bij Nieuwpoort. Het 7de Linieregiment trok op 19 oktober 1914 op de linkeroever van de IJzer terug, ter hoogte van Sint-Joris, en kon het Duits offensief van 21-23 oktober afslaan. Vooral bij de Uniebrug vonden zware gevechten plaats. Uiteindelijk eiste de uitputting zijn tol en viel Sint-Joris in Duitse handen. Dossin had zijn divisiehoofdkwartier in Wulpen. Het was onder hem dat de onderwaterzetting plaatsvond. Zijn falen bij Antwerpen echter leidde ertoe dat hij "ter beschikking werd gesteld". In 1915-1918 was hij militair gezant van de Belgische Regering in Sainte-Adresse. Na de oorlog pleitte Dossin met succes tegen deze smaad. Hij werd in de adelstand verheven en mocht na 1932 de titel voeren van "Baron Dossin van Sint-Joris". Verder werd hij bekroond met allerlei eretekens. Er bestaat ook nog een kazerne die zijn naam draagt, in Mechelen, waar nu "Het Joods Museum van Deportatie en Verzet" gevestigd is.Gelegen op het Sint-Jorisplein, rechts van de kerk.
Gedenkzuil voor het 3de regiment karabiniers
en de verdediging van Nieuwendamme 1918
Stèle pour le 3ème régiment de carabiniers
et la défense de Nieuwendamme en 1918
Op 27 mei 1951 werd de gedenkzuil onthuld door de verbroedering der oud-strijders van het 1ste en 3de karabiniersregiment en van het 1ste vesting karabiniersre-giment, ter herinnering van de inspanningen van het 3de karabiniersregiment hier geleverd van 16 maart tot 22 april 1918.
Er staan geen namen gebeiteld op deze gedenkzuil.
Gelegen op de kruising Brugse Steenweg en Generaal Baron Dossinstraat.
Er zijn geen namen vermeld op het monument
Voorste hoek Kenteken van de karabiniers |
Linkerkant "NIEUWENDAMME 16.3 TOT 22.4.1918 HIER VERWIERF HET 3DE REGT KARABINIERS ZIJN LUISTERRIJKE ROEM IN DE STRIJD TEGEN DE DUITSE MARINIERS" |
Rechterkant "NIEUWENDAMME 16.3 AU 22.4.1918 ICI S'ILLUSTRA LE 3ÈME RÉGT DE CARABINIERS CONTRE LES UNITÉS DE MARINE ALLEMANDE" |
20 Ieperssluis - 21 aanlegsteiger Yserstar - 22 terrein boogschieten - 23 Compas Camping - spaarbekken - fiets-wandelweg
Vanaf het Iepersluis tot aan de Uniebrug is geen autoverkeer. Verder is autoverkeer tot Dksmuide.
Door het waterspaarbekken loopt de IJzer. Voorheen situeerden zich op deze plaats ontginningsputten van een steenbakkerij en een zandgroeve. Ten behoeve van de aanleg van de E40-autosneIweg is door winnig van zand het spaarbekken ontstaan. Op de linkeroever van de IJzer werd een recreatieve functie toebedacht en herbergt onder andere de kampeerterreinen van de Kompas-camping Nieuwpoort. Op de rechteroever de Westhoek Marina met een aanlegcapaciteit voor ca. 200 boten die onder toezicht staat van de VVW Westhoek. Zodoende werd deze kleine poldergemeente ruimschoots geïntegreerd in de toeristische bedrijvigheid van Nieuwpoort, meer bepaald de polyvalente waterrecreatie en het verblijfs- alsook het riviertoerisme.
Het waterspaarbekken is de plaats voor watersportkampen waterratten Sport Vlaanderen (vroegere Bloso). Zeilen en surfen. OPGELET !!! Ttijdens de watersportkampen is het watersportbekken voorbe-houden voor Sport Vlaanderen. Raadpleeg de info borden. |
Zeilen en windsurfen
Een rustige sport is vissen
1 Iepersluis 2 VVW Westhoek 3 St. Jorissluis 4 Nautische Site Nieuwendamme 5 Sport Vlaanderen 6 Surfclub 7 Waterspaarbekken 8 Uniebrug 9 Sint-Joris kerkhof 10 Sint-Joris dorp 11 Kompas camping 12 Camping mobilhomes 13 Sport Vlaanderen 14 Boogschieten 15 Nieuwendamme 16 IJzertochten Nieuwpoort-Diksmuide 17 Begraafplaatsen
De cijferaanduideing op de kaart stemt overeen met de cijferaanduiding op de foto's genomen in deze omgeving.
1 Iepersluis. Neem de weg IJzer langs rechteroever van de IJzer.
Links van de weg een mooi zicht op de Kreek van Nieuwendamme. |
2 VVW Westhoek
Verder is de weg over een gedeelte (tot aan de st. Jorissluis) niet toegankelijk voor autos.
15 Wandelaars en fietsers kunnen genieten van zicht Kreek van Nieuwendamme.
We vervolgen onze weg richting St. Jorissluis.
3 Deze sluis maakt de verbinding van de IJzer met het kanaal Nieuwpoort - Plassendale.
4 We vervolgen onze weg onder de brug.
Nautische Site Nieuwendamme. Avonturen eiland
|
||
Het pad volgen tot aan de weg Brugsevaart. |
We dwarsen weg Brugsevaart en vervolgen onze tocht over de brug. Van op de brug een mooi zicht van de omgeving. |
We vervolengen onze tocht. Nemen de weg rechts voorbij de brug, Nieuwendammeweg. |
5 Rond het waterspaarbekken kant Nieuwendammeweg.
Het waterpaarbekken is over grote oppervlakte voorbehouden voor SPORT VLAANDEREN. Als watersporter zie regels voor toegankelijkheid aangeduid op de info borden. Op een gedeelte is scheepvaart !!!!! |
In 2023 opende Sport Vlaanderen het nieuw sportcomplex.
Sportcomplex vóór 2023
6 Plaats voor watersporten en zeilklub. Bepaalde tijdstippen ideaal voor vissers.
Zicht op Sint-Joris vanaf de Nieuwendammeweg.
8 Oorlogsmonumenten.
De Niewendammeweg verder volgen tot op de Brugse Steenweg en rechts volgen. Iets over de Uniebrug twee oorlogsmonumenten, 7de linieregiment en 14de lieneregiment. Na bezoek aan het monument 7de liniregiment keren we terug naar de Brugse steenweg die we recht volgen richting Nieuwpoort. |
Standbeeld als gedenkteken voor het 7de Linieregiment. Het gedenkteken wil herinneren aan de deelname van het Belgische 7de Linieregiment aan de Slag aan de IJzer, in de periode 17-23 oktober 1914 en aan de gevechten bij Lombardsijde op 4 november 1914 Het gedenkteken, een soldaat die de wacht optrekt aan de IJzer, is gerealiseerd naar ontwerp van beeldhouwer Edward Vereycken (Antwerpen 1893 – Herentals 1965). Het gedenkteken voor het 7de Linieregiment van Sint-Joris werd onthuld eind mei/begin juni 1932. Op een grasheuvel met toegangstrappen staat een geprofileerde sokkel met een vooruitspringend deel. Hoog rijst het massieve beeld van een soldaat op, die kijkt in de richting van de IJzer, de handen gevouwen over het geweer, in militaire houding.. |
Standbeeld als gedenkteken voor het 14de Linieregiment.
Dit monument herinnert aan de deelname van het 14de Linieregiment aan de Slag aan de IJzer. Op 23 oktober betrok het regiment de loopgraven van de eerste lijn te Sint-Joris. De Duitsers, op de andere oever van de IJzer, bestookten hen frontaal met een zwaar artillerievuur. De 24ste werden ze daarenboven in de flank aangevallen en moesten ze onder vreselijke omstandigheden terugtrekken: een heel deel werd neergemaaid door de Duitse mitrailleurs. Tussen 22 en 24 oktober verloor het regiment op deze oever ongeveer 900 man. Sint-Joris was gevallen en zou een stevige Duitse voorpost worden op de linkeroever. 's Avonds overnachtte de rest van het regiment in de steenbakkerij van Ramskapelle. De commandant en luitenant waren op het slagveld gebleven. De volgende dag werden de overgeblevenen samengevoegd tot een bataljon en naar de tweede lijn te Nieuwpoort gestuurd. Het regiment telde nog nauwelijks 300 man.
Kenmerken
Brede, licht gebogen hardstenen muur. In het midden op enige afstand van deze muur staat een zwartgranieten rechthoekig blok op hardstenen basis.
Op de muur: links "Ici les 22 23 24 Octobre 1914 le 14e régiment de ligne défendit le dernier lambeau de la patrie 900 héros y versèrent leur sang", rechts "Hier verdedigde het 14e linieregiment op 22 23 24 Oktober 1914 het laatste plekje vaderlandse bodem 900 helden vergoten er hun bloed". Op het blok was vroeger een bronzen kroon en het getal "14" aangebracht, maar dat is nu verdwenen.
Hoogte: 200 centimeter, breedte: 468 centimeter, diepte: 25 centimeter (muur). Hoogte: 171,5 centimeter, breedte: 40,5 centimeter, diepte: 90 centimeter (blok).
9 Oud Sint-Joris
De begraafplaats Oud Sint-Joris. Oorlogsgraven |
10 Dorp Sint-Joris
11 Camping
Kompas Camping Nieuwpoort is een verrassend complete vakantiebestemming. Je vindt er alle faciliteiten én ingrediënten voor een perfecte vakantie aan zee. Je komt bij ons op vakantie zoals je dat zelf wilt. Er is keuze genoeg voor jong en oud. De kampeerplaatsen zijn ruim, de verhuuraccommodaties luxueus, de zwembaden verwarmd, de ligging uniek, de speeltuinen avontuurlijk, … Op wandel- of fietsafstand vind je strand, zee, duinen, dijk, winkelstraat van Nieuwpoort-Bad, haven van Nieuwpoort-Stad, ...
Nieuwpoort heeft het allemaal en maakt jouw vakantie perfect!
17 Stedelijke begraafplaats - Ramskapelle Road Militari Cementery.
Stedelijke begraafplaats.
Nieuwpoort lag ongeveer halfweg het front dat gehouden werd door het Britse XV Corps in de periode juni-november 1917. Op deze plaats had de Duitse aanval op Nieuwpoort op 10 juli 1917 plaats. Op deze begraafplaats liggen er 70 Commonwealthdoden begraven, waaronder 3 niet-geïdentificeerden. Daarnaast worden er nog 31 Commonwealthdoden uit de tweede wereldoorlog her-dacht. De Commonwealthplots hebben een opper-vlakte van 329 m² en zijn door een boordsteen afgescheiden.
17 Ramskapelle Road Militari Cementery.
Britse militaire begraafplaats.
Het grootste deel van de bijzettingen in perk I werd verricht in juli en augustus 1917, toen de sector Nieuwpoort door het Britse ‘XV Corps’ werd verdedigd. Na de oorlog kwam er een aanzienlijke uitbreiding (meer dan 700 graven) door de ontruiming van andere begraafplaatsen in de omgeving.
Op Ramscappelle Road Military Cemetery werden eveneens 380 Franse graven uit de periode 1914-1915 verzameld, maar deze werden later door de Franse autoriteiten terug ontgraven en overgebracht.
Nu liggen er 830 (waarvan 312 niet geïdentificeerde) doden uit het Verenigd Koninkrijk, 8 Australiërs, 2 Canadezen, 1 Zuid-Afrikaan en 2 niet gekende Duitsers begraven. Dit maakt een totaal van 843 doden, waarvan 2 er herdacht worden met een zgn. ‘special memorial’. Van hen wordt aangenomen dat ze hier onder een naamloze grafsteen liggen. 26 andere ‘special memorials’ en een ‘duhallow block’ herinneren aan 26 doden, die oorspronkelijk in de omgeving van Nieuwpoort begraven lagen, maar wiens graf door het oorlogsgeweld vernietigd werd en nadien niet meer kon teruggevonden worden.
De begraafplaats is ontworpen door Edwin Lutyens (hoofdarchitect) en G.H. Goldsmith (uitvoerend architect).
De graven liggen verspreid over 9 perken. Het geheel wordt getooid met bloemperken, struiken, populieren (die o.m. het offerkruis en de toegang markeren) en Zweedse lijsterbessen.
12 Camping mobilhomes.
13 Sport Vlaanderen.
13 Demarcatiepaal nr. 13 - Nieuwpoort
Langs de weg naar Nieuwpoort staat demarcatiepaal nr. 13.
Een demarcatiepaal is een gedenksteen die in Frankrijk enbij benadering aangeeft tot waar het Duitse Westfront reikte tijdens de Eerste Wereldoorlog. In totaal werden 118 demarcatiepalen geplaatst in de jaren 20, van Nieuwpoort aan de Noordzee tot Moosch in de Elzas. Er zijn 96 van deze stenen bewaard gebleven.
Uitzicht Belgische demarcatiepalen
De demarcatiepalen zijn 1,25 meter hoge roze granieten gehouwen stenen. Bovenaan wordt een soldatenhelm afgebeeld, rustend op een lauwerkrans met daarop de naam van de frontsector. Op andere hoek is een granaat afgebeeld, aan de linkerkant een veldfles en aan de rechterkant een gasmasker.
In België zijn er drie varianten. Het Belgische type heeft een Belgische adrianhelm met een leeuwenkop, het Franse type een Franse adrianhelm met het opschrift RF en het Britse type een Britse brodiehelm.
De palen waren dan wel als hulde bedoeld, maar toch blijkt uit de opschriften enige wrok ten aanzien van de Duitsers
In België luidt het meestal drietalig opschrift: "Hier werd de overweldiger tot staan gebracht - Ici fut arrêté l'envahisseur - Here the invader was brought to a standstill"
14 Boogschieten-staande-wip
16 IJzertochten Nieuwpoort-Diksmuide
PRUP KREKENGEBIED EN OMGEVING - pdf <klik>
Plan Sint-Joris
opmaak 2019
geraadpleegd:
http://www.sint-joris-aan-de-ijzer.be/ Chantal Loonens
https://id.erfgoed.net/erfgoedobjecten
https://inventaris.onroerenderfgoed.be/erfgoedobjecten
http://Familiekunde Vlaanderen regio Westkust
http:/www.luchtvaarterfgoed.be
Kaart Sint-Joris uit een uitgave van Dhr Duponselle
https://www.kompascamping.be/nieuwpoort
https//vlaanderen.be
http://www.wo1.be/nl
OpenStreetmap
'Uit het rijke verleden van Sint-Joris' door E.H. Henri Vanhoutte (1974)
boek “De laatste vlucht van de Halifax Mk III EY-X MZ340” van Jean-Pierre Vandorpe.
Wikipedia, de vrije encyclopedie