Het beeld prijkt in het Ankerstraatje op de hoek met de Hoogstraat. Het is daar opgehangen op 14 mei 1939. De Christus is gemaakt in gietijzer naar een afgietsel van het originele model van kunstenaar Bouchardon. Het is één meter hoog en weegt 45 kilogram. Het initiatief tot het plaatsen van het kruis kwam van onderpastoor Pieter Declerq die woonde tussen de vele vissers in de Hoogstraat.
Aan de inwoners van de Hoogstraat waar hoofdzakelijk vissers woonden, werd gevraagd om voor de aankoop van het kruis een financiële bijdrage te geven. Gezien in 1939 reeds de eerste Vlaamse vissers een zeemansgraf vonden na aanvaringen met Duitse zeemijnen, werd hierop graag ingegaan.
De tekst bevestigd onder het kruis werd opgesteld door E. H. Pieter Declerq, welke de verzen vooraf kwam voorlezen bij de schipper- reder Raphaěl Vercoutter, wonende Hoogstraat 22.
“Van oorlog en wee, van rampen op zee, van storm en onweer, verlos ons o Heer”.
Deze smeekbede voor de vissers is een bijzonder rake samenvatting van Nieuwpoorts verleden.
Ieder visser kende ze. Eerbiedig werd gegroet wanneer men het beeld passeerde.
Het kruisbeeld werd enige dagen tentoongesteld in de Onze Lieve Vrouwekerk ter gelegenheid van de opening van de missieweek.
Het kruis is gewijd in de kerk op zondag 14 mei 1939 door Pastoor Robert Caesens (pastoor 1936-1952) en in processie naar de plaats gebracht waar het werd opgehangen in de Ankerstraat tegen de gevel van het huis van Jantje en Lowietje Ceuninck.
Gans de Hoogstraat was feestelijk bevlagd. Het kruisbeeld werd gedragen door Rapfaël Vercoutter, Cyriel Hillewaere, Norbert Deman en Louis Deceuninck.
Ik heb in de processie de vlag gedragen die mijn ouders gekregen hadden bij de bouw van de N.64 met de tekst “Strijd voor Christus”. Deze vlag werd ook gehangen op het schip de N.64 elk jaar bij de scheepswijding.
In de processie waren er ook enkele jongens die woonden in de Hoogstraat. Onderpastoor Pieter Decklerq had daar voor gezorgd. Ook mijn vriend Marcel Depotter was erbij. Ik en Marcel zaten in dezelfde klas in het college. Een week voor de oorlog is hij samen met zijn broer, vader en de matroos Brackman in de lucht gevlogen door de ontploffing van een zeemijn.
Nadat het kruisbeeld was opgehangen, hield pater Feys uit Roeselare een toespraak.
Ruim 400 inwoners volgden de plechtigheid.
Michel Vercoutters tijdens de processie met de vlag 'STRIJDT VOOR KRISTUS' |
Dank zij het vissersechtpaar Door en Bertha Gheys, die precies recht over het kruis woonden, werd later onder het beeld een lampje aangebracht. Louis en Clara Deceuninck - het kruis hing aan de zijgevel van hun woning - zorgen ervoor dat bij valavond het lampje werd aangestoken. Voor hun inzet ontvingen zij nu en dan “poosje vis” toegestopt door Isidoor Ghys. In 1983 werd door toedoen van het stadsbestuur het visserskruisbeeld gerestaureerd. Er werd bovendien gezorgd dat een nieuw lampje op de openbare elektriciteitsnet werd aangesloten.
Het Onze Lieve Vrouwenbeeld dat in de Kerkstraat hangt op het hoekhuis met de Duinkerkestraat waar het echtpaar Michel Vercoutter woonde in 1959 heeft ook zijn geschiedenis. Het beeld is tijdens de eerste wereldoorlog tussen puin gevonden door vier vrouwen waar onder de twee juffrouwen Rubens die woonden in de Marktstraat. Men wilde dat ongeschonden beeld in ere houden en ze zochten een plaats om het te plaatsen. Het beeld werd geplaatst in de Langestraat aan de gevel van het hoekhuis met de Arsenaalstraat. Het huis is verkocht en van de nieuwe eigenaars moest het daar weg. Men zocht een nieuwe geschikte plaats ervoor. De vier vrouwen kwamen vragen of ze het beeld aan de gevel van ons huis mochten bevestigen in de Kerkstraat. We hadden daar geen bezwaar tegen. Wat later hebben we daar een lampje geplaatst dat mijn vrouw s’avonds ontstak. Dat lampje hebben we na enkele jaren moeten verwijderen om veiligheidsredenen.
De Duinengalm 14/04/1939
vermoedelijk Het Nieuwsblad - datum onbekend
TANTE CLARA EN HET VISSERSKRUIS
Heel wat mensen uit de Westhoek en daarbuiten kennen dit opschrift, welke prijkt onder het kruisbeeld, in het Ankerstraatje te Nieuwpoort. Het beeld, op de hoek van de Hoogstraat, staat er al van mei 1939. De Christus is uit gegoten ijzer vervaardigd, één meter hoog, gewicht 45 kg. en is een afgietsel van een origineel model van kunstenaar Bouchardon. Het beeld werd afgeleverd door het huis Mignard uit Parijs. Het initiatief tot het plaatsen van het kruis ging uit van onderpastoor Pieter Declercq (1). Daartoe werden de inwoners van de Hoogstraat – waar hoofdzakelijk vissers woonden – gevraagd een financiële bijdrage te leveren. Gezien in 1939 reeds de eerste vissers een zeemansgraf vonden na aanvaringen met Duitse zeemijnen, werd hierop graag ingegaan.
De tekst werd opgesteld door E.H. Pieter Declercq, welke de verzen vooraf kwam voorlezen bij schipper-reder Raphaël Vercoutter, wonende Hoogstraat 32. Het kruisbeeld werd enige dagen tentoongesteld in de O.L.V –kerk en gezegend door pastoor Caessens, ter gelegenheid van de opening van de missieweek.
Op zondag 14 mei 1939 werd het kruisbeeld dan opgehangen. Gans de Hoogstraat was feestelijk bevlagd. Het kruisbeeld werd vanuit de kerk in stoet gedragen door het viertal: Raphaël Vercoutter, Cyriel Hillewaere, Norbert Deman en Louis Deceuninck. Nadat het kruisbeeld werd opgehangen, hield pater Feys uit Roeselare een sermoen. Ruim vierhonderd inwoners volgden deze plechtigheid.
Dankzij het echtpaar Door en Bertha Ghys, die precies rechtover het Kruis woonden, werd later onder het beeld een lampje aangebracht. Louis en Clara Deceuninck (2) – het kruis hing aan de zijgevel van hun woning – zorgden er dagelijks voor dat bij valavond het lampje werd aangestoken. Voor hun inzet kregen zijn af en toe een ‘poosje vis’ toegestopt door Door Ghys. In 1983 werd door toedoen van het stadsbestuur het visserskruis gerestaureerd. Er werd bovendien gezorgd dat een nieuw lampje op het openbaar elektriciteitsnet werd aangesloten.
(1)Pieter DECLERCQ (1904-1961) tot priester gewijd te Brugge in 1931, onderpastoor op Onze Lieve Vrouw te Nieuwpoort (1936-1941)); vijfde pastoor van de St. Bernardusparochie in Nieuwpoort-Bad (1954), kunstkenner, bekwaam historicus, publiceerde tal van waardevolle bijdragen in ‘Biekorf’; gaf in 1957 ‘Nieuwpoort-Bad. Geschiedkundige schets van de badplaats en van de Sint-Bernardusparochie’ uit.
(2)Clara DECEUNINCK huwde met Firmin Debruyne uit Oostduinkerke en woonden in de huidige André Gerylstraat. Firmin was de broer van Rosalie Debruyne (‘Roosje Brune’) en Gusta Debruyne, en bijgevolg de tante van de kinderen en kleinkinderen van Rochus Vanmassenhove en Rosalie Debruyne en van Julien Vandepitte en Gusta Debruyne